​

​

David Hendrik Chassé (1765-1849) was een Nederlandse generaal. Hij was in dienst bij het leger van Napoleon omdat Nederland onder Frans gezag viel. Tijdens de Slag bij Waterloo in 1815 vocht hij juist aan Nederlandse zijde tegen zijn oude keizer. Gedurende de Belgische onafhankelijkheidsstrijd tegen Nederland (1830) gaf hij bevel tot een artilleriebombardement van Antwerpen, waarbij een groot deel van de stad werd vernield.

Een van de meest controversiële namen is Witte de With. De vice-admiraal was in zijn tijd beroemd onder meer omdat hij onder leiding van Piet Hein de Spaanse Zilvervloot had gekaapt. Maar hij was ook berucht om zijn gewelddadigheid, bij zijn eigen bemanning en bij bewoners van de toenmalige koloniën. Op de Molukken voerde hij zogenaamde hongitochten uit, strafexpedities om de prijs van kruidnagel op te drijven. Hierbij werden kruidnagelbomen omgehakt, plantages vernield en dorpen platgebrand. 

Een eeuw geleden was Jan van Speijk een van de bekendste Nederlanders. Zijn faam was te danken aan het opblazen van zijn eigen schip, overigens inclusief bemanning, tijdens de nasleep van de opstand van België tegen Nederland. Na zijn kamikazeactie werd hij in Nederland vereerd als nationale held. Nederland was nog een relatief jong koninkrijk en zocht naar helden om een beeld van een sterk opofferingsgezind land te creëren. Hoewel de daad van Van Speijk geen voordeel had voor de Nederlanders, paste het verhaal precies in dat plaatje.

Een ander voorbeeld van zo’n verhaal dat in de 19e eeuw op die manier is gebruikt, is de vernietiging van de Engelse Royal James, twee eeuwen eerder tijdens de Slag bij Solebay. Met een branderschip, deel van de vloot van Michiel de Ruyter, brandden de Nederlanders het vlaggenschip af, waarbij honderden mannen omkwamen. Deze zeeoorlogen met Engeland gingen onder andere over de controle van de internationale zee- en handelsroutes in de veroverde gebieden.

​

​